Het begint al langzaam donker te worden als ik op zoek ga naar een mooie en rustige plek om mijn tent op te zetten. Ik heb de veel te drukke grote weg achter me gelaten en fiets nu over een kleine weg door een vallei vol graan. Ik kijk goed naar links en rechts voor een verborgen weggetje waar ik in kan duiken. Net als ik een potentieel zijweggetje heb gevonden, word ik gestopt door een automobilist. Wat volgt is de inmiddels standaard vraag- en antwoordsessie. Dr. Hoessein Hoesini staat er op dat ik zijn gast ben. Hij duldt geen tegenspraak. Ik laat het dus maar zo en trek ondertussen mijn eigen plan.
Iets verderop zit een familie langs de weg te eten. Ik word uitgenodigd om een hapje mee te eten. Maar ik heb al gegeten. Al minimaal 5 keer vandaag. Hoe lief en gastvrij iedereen ook is, ik kan niet op iedere uitnodiging in gaan. De realiteit is dat ik na die tientallen ontmoetingen en gesprekken elke dag, de behoefte heb aan de rust en privacy van mijn tent. Niet veel later vind ik een mooie plek tussen de glooiende gele graanvelden. Net op tijd voor de weergaloze zonsondergang die alles oranje kleurt. Daar kan geen gastvrijheid tegenop.
De vrouwen worden helaas langzaam strenger, dus sjansen is er niet meer bij
Ik fiets hier van de ene bijzondere gebeurtenis naar de andere. Elke dag is weer een feest met de IraniĆ«rs. Hoewel je wel de juiste instelling moet hebben om alle aandacht te waarderen. Ik ben als fietser een dermate interessante en bijzondere verschijning, dat iedereen met me wil praten. Foto’s worden gevraagd of ongevraagd genomen en tientallen mensen schud ik elke dag de hand. De vrouwen worden helaas langzaam strenger, dus sjansen is er niet meer bij. In Koerdistan mocht ik nog kiezen uit twee ongetrouwde dochters van een trotse vader. Toen ik zei dat ik niet wilde kiezen, maar dat degene die voor mij zou kiezen wel achterop moet zitten, was het snel afgelopen met de ontluikende liefde. Ik mocht gelukkig nog wel blijven eten.
Picknicken in kebabstan
Goed en gevarieerd eten is nog een hele uitdaging. De Iraanse keuken is zeer divers en uitgebreid, maar in de restaurants en op straat is het kebab dat de klok slaat. Bestel ik een broodje hamburger, krijg ik kebab. Bestel ik rijst met kip, krijg ik kebab. Wijs ik een plaatje aan met iets anders dan kebab, krijg ik kebab. Niet dat de kebab slecht is, integendeel. In tegenstelling tot het vette, kleffe broodje dat we thuis eten na een zware nacht, komt de kebab hier van de barbecue. Voorzien van gegrilde tomaten smaakt het iedere keer erg goed. Voor de variatie ben ik aangewezen op wat ik de hele dag door extra krijg toegestopt.
Regelmatig word ik aangehouden om met een kilo vers fruit verder te rijden. Een picknickende familie langs de weg is een feest, want in de picknickmand zitten de lekkerste hapjes die ik mij maar wat graag laat toestoppen. Met alle plezier speel ik vervolgens mijn rol in de uitgebreide fotosessie die altijd volgt.
De Iraanse keuken is zeer divers en uitgebreid, maar in de restaurants en op straat is het kebab dat de klok slaat
Als er iets is dat de Iraniƫr typeert is het wel de picknick. Elke dag zie je overal langs de weg en in het veld hun witte auto geparkeerd staan. Het vuurtje aangestoken om lekker op te grillen. Hier geen parken vol met Webers, maar uitklapbare tenten tegen de regen. Dat ze vlak naast een drukke weg of zelfs in de middenberm van de snelweg zitten de picknicken met de hele familie, lijk alleen ik een beetje vreemd te vinden.
Het echte feest begint op donderdag en gaat door op vrijdag. Dan is het weekend. Degene die het zich kan veroorloven trekt er dan op uit. Naar de parken of liever nog naar de bergen. De rustige wegen door de bergen zijn dan weer druk, maar daar staan dan wel weer de meest leuke en spontane ontmoetingen tegenover. In Koerdistan trekt iedereen er in hun traditionele Koerdische kleding op uit. Er is muziek en er wordt gedanst, niet zelden zonder hoofddoek. In Koerdistan is het strenge Iran ver te zoeken.
Fietsen door Koerdistan en Lorestan
Iran is niet het meest eenvoudige land om doorheen te fietsen. Op mijn kaart lijken alleen de drukke hoofdwegen goed aangegeven. De kleine streepjes zijn onvolledig of in elk geval zeer onnauwkeurig. Gelukkig biedt mijn GPS uitkomst en kan ik mij door de fantastische bergen van Koerdistan en Lorestan navigeren. Over grotendeels rustige wegen. Waar de valleien groen zijn en de hoge toppen nog wit van de wintersneeuw. Hier leiden herders hun schapen en geiten langs de stukjes groen die nog niet zijn gecultiveerd.
In Koerdistan deel ik de weg met de smokkelaars die een levendige handelsroute tussen Iran en Irak onderhouden. In Lorestan fiets ik door valleien waar de nomaden hun zomerkamp hebben opgezet. De wind heeft vrij spel in het grotendeels boomloze landschap. Niet de vele bergen, maar de eeuwige tegenwind blijkt mijn grootste uitdaging.
Onverwacht moeilijk blijkt het vinden van een plek voor mijn tent. Nagenoeg elke vierkante meter is voorzien van gewassen en de vele regen heeft de bodem verandert in zuigende klei. Op de weinige vlakke stukken staat meestal een huis. Inmiddels heb ik geleerd dat het niet verstandig is om in de buurt van nomaden te overnachten. Zij spreken een andere taal dan Farsi en al helemaal geen woord Engels. Deze taalbarriĆØre is niet bevorderlijk voor een constructieve communicatie. Ik voelde me dermate bedreigd dat ik het verstandig achtte mijn kamp in de nacht op te breken en mijn rust elders te zoeken.
Ontdek meer van
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.