We hebben geen klachten over het Slowaakse ontbijt. Ook hier wordt ons ’s ochtends weer eens een voortreffelijk ontbijt voorgeschoteld: gebakken eieren, vers brood, vruchtensap, koffie en thee. Genoeg power om ons de eerste uren in beweging te houden. We fietsen naar de Poolse grens om af te slaan op een weg door het smalle en mooie dal van de Poprad rivier, die de grens vormt tussen Slowakije en Polen. Aan Slowaakse zijde fietsen we over een gravelweg, die overgaat in een zandweg en daarna in een modderpoel. De modder is wat nog over is van de overstromingen van nog maar een paar dagen geleden. Als het weer begint te regenen zijn we even bang dat we rechtsomkeert moeten maken. Gelukkig is er dan plotseling weer asfalt. Een beetje jammer dat ze de moeite niet hebben genomen om de hele weg te asfalteren.
Het gebied tussen Plavnica en Obrucne is zo verlept als dat je bij een grensgebied met Polen mag verwachten. De mistroostige dorpen zijn vervallen en verlaten. Langs de weg worden op grote en kleine reclameborden alcoholische dranken aangeprezen en wordt er gewezen op verlepte plaatsen waar alcohol is te krijgen. Het lijkt erop dat alcoholische dranken in Polen fors duurder zijn dan in Slowakije en hier dus sprake is van een ‘alcohol toerisme’. De weinige mensen die we op straat zien rondhangen doen dat met een flesje bier in de hand. Op zich is daar niets op tegen, maar wel als het pas vroeg in de ochtend is. Dit stukje Slowakije is behoorlijk droevig en geen plek om snel weer naar terug te keren. Gelukkig wordt het al snel beter. Een lange en geleidelijke afdeling brengt ons van 563 meter naar 271 meter, waarbij we met ruim 30 km p/u over een rustige weg suizen. We passeren een belangrijke waterscheiding, waarna al het water dat we vanaf nu gaan tegenkomen naar de Zwarte Zee stroomt. Het toeval wil dat wij daar ook naar toe gaan! De aantrekkelijke dorpen zien er weer onderhouden en netjes uit. Bij een enclave te midden van het groen, stoppen we voor de lunch bij een wegrestaurant. Zoals we inmiddels gewend zijn om te doen, bestellen we ook hier het dagmenu (denne menu). Voor ca. € 2,50 per persoon eten we zo iedere dag een stevige, gevarieerde maaltijd wat vooraf wordt gegaan door een heerlijke gevulde soep. Vanaf het terras kijken we uit over het Zigeuner getto, waar de vrouwelijke bewoners de was doen in het snelstromende water van de rivier.
Onder een stralend blauwe hemel rijdend we een paar uur later Bardejov binnen. Met al weer 79 kilometer op de teller, is het de hoogste tijd voor een pivo op het plein in het middeleeuwse stadscentrum. Floor loopt naar het toeristisch informatiepunt voor informatie over overnachtingsmogelijkheden in deze kleine stad. We kiezen voor een ‘karaktervol’ hotel in socialistische stijl, waar we voor € 20,- een heerlijk spartaanse kamer krijgen. Dit is natuurlijk prima, maar gezellig en romantisch is zo’n kamer echt niet te noemen. Praktisch wel. Dat is nou net wat ik nodig heb, want ik heb te leiden onder een acute voedselvergiftiging. Het lijkt er op dat ik ben vergiftigd door mijn grote vriend ‘Pivo’.
Ontdek meer van
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.