Bij het informatiepunt van de camping informeren we over de conditie van de wegen in deze omgeving. We hebben een route naar Leigh Creek over dirtroads in gedachten, maar willen weten of dat met onze auto mogelijk is. Volgens de vrouw achter de balie is het allemaal geen enkel probleem en ze raadt ons zelfs een mooie route aan. De ”scenic drive” is opgezet als een geologische verkenningstocht met je eigen auto. Via een goede gravelweg, die langzaam overgaat in een minder goede zandweg, rijden we door het kale, droge en bruin-rood-groene landschap van de Flinders Ranges. Het heeft hier gelukkig niet geregend, waardoor de weg nog goed begaanbaar is. We rijden wel langzaam met al die stenen op de weg, waardoor we ook beter kunnen genieten van het uitzicht. De Bunyeroo Gorge valt tegen. We hebben vooral erg veel last van de vliegen die de korte wandeling erg onaangenaam maken.
Het landschap wordt pas echt indrukwekkend wanneer we door de Branchina Gorge rijden. Op de bushcamping halverwege deze kloof stoppen we om een lunch van witte bonen in tomatensaus te bereiden. De vliegen zijn ook hier van het type hinderlijk, maar de rondlopende emoes maken weer veel goed. We rijden verder tussen rauwe en vreemd opgestuwde rotsformaties. We passeren gesteenten van tussen de 550-650 miljoen jaar oud. Deze gesteenten zijn lang geleden ontstaan als sedimentatie op een lang verdwenen zeebodem. Deze aardlagen zijn later opgestuwd tot een gebergte met de hoogte van de Andes en inmiddels door miljoenen jaren erosie gereduceerd tot toppen van maximaal 950 meter hoogte. We zetten onze tent op de bushcamping Branchina East. We zijn hier de enigen. Vanaf de heuveltop naast onze kampeerplaats bekijken we de zonsondergang met uitzicht op de kale toppen van de Flinders Ranges. Pas als het geheel donker is geworden kunnen we gaan koken, want pas dan worden we door de vliegen met rust gelaten.