Buiten de auto is het koud. Twee graden laat het dashboard zien. We hebben onze auto geparkeerd op het op ruim 2.100 meter hoogte gelegen parkeerterrein in de Caldera de Las Cañadas aan de voet van de 3.715 meter hoge El Teide vulkaan, waar we rond de top nog restjes sneeuw en ijs zien liggen. In de schaduw is het akelig koud, maar als de zon boven de kraterrand uitkomt, wordt het al snel behaaglijk warm. De donsjas gaat uit en de lange broek wordt verwisseld voor blote benen.

Tenerife is anders dan La Gomera. Tenerife betekent massatoerisme en goedkope pakketvakanties. Althans, dat is het beeld dat wij hebben van dit Canarische eiland. Het is inderdaad waar dat het gebied rond Playa de las Americas en Los Cristianos in het zuidoosten van het eiland vol staat met grote hotels en resorts. Dat de stranden daar vol liggen met dikke witte mensen. Het is een plek waar wij ons niet op ons gemak voelen. Maar gelukkig is Tenerife veel meer dan dat. Wie meer wil dan zon, strand en goedkoop vermaak heeft de rest van het eiland tot haar beschikking. Precies wat wij willen.

Het weelderige, groene noorden, begroeid met subtropische planten, en het zonnige, droge zuiden, waar zich de meeste toeristische vakantieoorden bevinden, lijken wel twee verschillende werelden. Omdat wij maar een paar dagen hebben, focussen wij ons op het midden. Met zijn 3.718 meter is de El Teide de hoogste berg van Spanje en domineert ze het eiland. De vulkaan en het omringende gebied wordt het Parque Nacional del Teide genoemd en is 18.900 hectare groot. Niet alleen is dit het grootste Nationale Park van Spanje, ook is het gebied het meest bezochte Nationale Park van Europa. Naar Tenerife gaan en niet dit nationale park bezoeken is alsof je naar een restaurant gaat en geen hoofdgerecht bestelt. 

Het nationale park is met de auto goed te bereiken, waardoor het er erg druk kan worden. Althans, als je niet je wandelschoenen aantrekt om verder dan een paar kilometer van een parkeerplaats te lopen. Beter nog om dit ’s ochtends vroeg te doen om de massa voor te blijven. De Teide is een jonge vulkaan in de Caldera de Las Cañadas. Met haar hoogte van 7.500 meter vanaf de zeebodem is de Teide de derde hoogste vulkaan ter wereld, na de Mauna Kea en Mauna Loa op Hawaï. De gigantische krater is een dor woestijnlandschap van rode, bruine en paarse tinten. We maken hier wandelingen door landschappen alsof we op Mars zijn aangekomen.  

We maken wandelingen door zwarte en bruine lavavelden en langs en over de indrukwekkende calderarand, die is opgebouwd uit gekleurde gesteentelagen. De grillige rotsformaties zijn fotogeniek en laten ons van elke minuut genieten. Het helpt enorm dat de zon maar blijft schijnen. Helaas zijn we te vroeg voor de bloemenpracht die nog een paar maanden op zich laat wachten. Het is nu al schitterend hier, maar waarschijnlijk zijn de maanden april en mei de perfectere maanden om op deze hoogte door de caldera te wandelen.

Omdat we maar een paar dagen hebben op Tenerife, richten we ons volledig op het gebied rond de El Teide. Eerst waren we nog van plan om een huisje te huren in het hooggelegen Vilaflor, vanaf waar een aantal interessante wandelingen starten. Door onze ervaringen op La Gomera, waar we ’s avonds zaten te klappertanden onder de dekens in plaats van te proosten met een cocktail in de buitenlucht, leek het ons verstandig om het op Tenerife wat lager te zoeken. Daardoor kunnen we hier elke dag ontbijten in de ochtendzon, voordat we met de auto richting de vrieskou rijden. En ’s avonds, na weer een prachtige wandeldag, sluiten we af met een cocktail van rum met ananassap in t-shirt en korte broek.

Tenerife

32 photos