De hele dag fiets ik met een grote grijns over rustige onverharde wegen. Lachend fiets ik tussen kuddes schapen en slalom ik om herkauwende koeien. Het weinige verkeer bestaat uit auto’s gevuld met mannen met baarden en vrouwen met kleurige hoofddoeken en gouden tanden. Om me heen steeds hogere rode en bruine bergen. Het dal is oogverblindend groen en het geluid van de cicaden soms letterlijk oorverdovend. Op het land wordt hard gewerkt. Machines zie ik nergens. Alles gebeurt hier met de hand.
Als ik even stop om een praatje te maken, ben ik al snel omsingeld door 10 kinderen of meer
Verscholen in het groen liggen kleine dorpen van houten huizen en golfplaten daken. De waslijnen vol gekleurde was. Door de stoffige straten lopen geiten en kippen. Ezels rennen speels achter elkaar aan. Overal klinkt het ‘hello’ van een onwaarschijnlijk groot aantal kinderen. Ons wordt geleerd om anderen met rust te laten, hier doen ze dat vooral niet. Massaal rennen ze op me af om me een high-five te geven. Als ik even stop om een praatje te maken, ben ik al snel omsingeld door 10 kinderen of meer. Hun nieuwsgierige handjes zitten overal. Mijn fietsbel is favoriet. Een goede afleiding is het organiseren van een fotosessie, waar ze met veel plezier aan mee doen. Kamperen doe ik onder moerbeibomen of aan turquoise bergmeren. Wat een geweldig land is Tadzjikistan.
Ik lig nog heerlijk te dromen in mijn tent onder de moerbeiboom. Ik droom over schapen, heel veel schapen. De schapen beginnen steeds harder te blaten. Een beetje irritant vind ik het wel. Ik word er zelfs wakker van. Ik rits mijn tent open en kijk recht in een paar ogen van een nieuwsgierig schaap dat al in mijn voortent staat. Iets verderop zit een herder op een steen mij vriendelijk aan te kijken. Het is pas 5 uur ’s ochtends, maar duidelijk tijd om op te staan. Samen met de vriendelijke herder drink ik een heerlijk bakje nescafé. Vroege vogels zijn het die Tadzjieken.
Ik rits mijn tent open en kijk recht in een paar ogen van een nieuwsgierig schaap dat al in mijn voortent staat
Als ik kampeer tussen de pruimenbomen zet ik mijn wekker om 6.00 uur. Hopelijk op tijd om mijn kamp op te breken voor de mensen komen om op het land te werken. Zinloos. Ruim voor die tijd word ik wakker van vrolijke stemmen en balkende ezels. Ik gluur naar buiten en zie vrouwen in gekleurde jurken onkruid wieden en kruiden verzamelen. De mannen rapen de pruimen. Nog enigszins slaperig stap ik uit mijn tent en word ik vrolijk aangekeken door een heel aantal lachende gezichten. De mannen komen naar me toe om me de hand te schudden en te vragen wie ik ben, waar ik vandaan kom en waar ik naar toe ga. Als ze zien dat ik mijn afval netjes heb verzameld, willen ze wel helpen om er van af te komen. Ze pakken de zak en gooien deze een stukje verder in de struiken. Ik probeer ze uit te leggen dat dit niet de bedoeling is en haal de zak weer uit de struiken. Dit vinden ze maar raar.
Het land wordt geregeerd door een president die zich zelf graag en vaak afgebeeld ziet. Soms lijkt het wel een beetje op Turkmenistan. Langs de weg staan grote borden met daarop de president gefotoshopt in een veld met rode bloemen. Met zijn dikke wenkbrauwen boven donkere ogen, een blauw pak en rode stropdas, ziet hij er uit als het prototype dictator. Hij is aan de macht sinds 1994 toen een bloedige burgeroorlog nog door het land raasde. Deze burgeroorlog ontvlamde vrijwel direct nadat Tadzjikistan zich in 1991 onafhankelijk verklaarde van de Sovjet-Unie. Tadzjikistan was altijd al één van de armste gebieden van de Sovjet-Unie, na de oorlog in 1997 lag het toch al straatarme land volledig in puin. Het gaat inmiddels al een heel stuk beter met dit kleinste land in Centraal-Azië, maar nog steeds is het één van de armste landen ter wereld. Iets wat goed zichtbaar is in de kleine dorpen op het platteland, waar de moderne wereld erg ver weg is.
Van die armoede is in de hoofdstad Dusjanbe weinig te merken. De duurste auto’s rijden er over brede wegen. Om de honderd meter staat een streng ogende agent paraat om de weg af te sluiten, zodat de presidentiële colonne met hoge snelheid en zonder hindernissen kan passeren. Net als in Turkmenistan en Oezbekistan worden de straten geveegd door een leger vrouwen in oranje hesjes. Zuivere koffie is het niet. In het centrum van de stad staan enorme witte overheidsgebouwen en prachtige appartementencomplexen. Een heel aantal nog in aanbouw.
Er is een levendige handel in gestolen dure auto’s
Hoe kan een land dat zo arm is, zich zulke rijkdom veroorloven? Veel is er gefinancierd met de handel in drugs. Heroïne vooral. Afkomstig uit buurland Afghanistan en massaal doorgevoerd via Tadzjikistan. De nieuwste BMW’s, Mercedessen en blinkende 4WD’s, waaronder onbetaalbare Porsche Cayennes, zijn in Tadzjikistan een heel stuk minder onbetaalbaar dan elders. Er is een levendige handel in gestolen dure auto’s, uit met name Duitsland. Een Porsche Cayenne die nieuw minstens een ton kost, wordt in Dusjanbe aangeboden voor nog geen 10.000 euro. Gelegaliseerd en wel. Het is dat ik geen interesse heb in auto’s en voorlopig nog niet ben uitgefietst, anders zou het wel een aardige manier zijn om weer thuis te komen.