Voordat we vanuit Ceduna vertrekken, moeten we de rekening voor de registratie van de auto betalen, wat we gelukkig via Internet kunnen doen. De details van deze rekening heeft Sarah naar ons gemaild. We maken $ 546,20 over en de auto is voor een jaar geregistreerd, wat betekent dat we voor een jaar wegenbelasting en verzekering hebben betaald. Omdat VicRoads de spullen naar de vorige eigenaar had gestuurd beschikken wij nog niet over de registratie sticker die we op de auto moeten plakken. Sarah zal deze sticker naar haar zus in Perth sturen, waar we deze en eventueel andere post zullen ophalen. Voor 15 minuten Internet moeten we drie dollar betalen. Hierna tanken we de auto nog een keer goed vol voor $ 1,30 per liter. We hebben een grote afstand af te leggen en de benzine zal onderweg niet goedkoop zijn. We hebben ook begrepen dat de benzineprijzen vanwege het paasweekeinde zullen stijgen. Pomphouders zijn hier enorme hufters.
Dan vertrekken we om aan de oversteek van de Nullarbor te beginnen. Helaas regent het. We rijden over lange, rechte wegen, waarbij de cruise control weer goed van pas komt. Eerst moeten we door eindeloze graanvelden, waarvan we er veel te veel hebben gezien en waarvan we er vast nog veel zullen tegenkomen. Vooral omdat het graan is geoogst en de velden dus leeg zijn, is dit het meest saaie landschap dat we kennen. We passeren grote hoeveelheden graansilo’s van het type enorm en liggen er veel grote bergen met graan. Na deze eindeloze saaiheid rijden we Yalata binnen. Dit is Aboriginal land, maar buiten dat hier geen graan wordt verbouwd en dat er eigenlijk wel erg veel autowrakken langs de weg liggen, merk je daar niets van. In Yalata is een ‘roadhouse’ gevestigd dat werd gerund door de Aboriginals maar inmiddels is gesloten. Naar het schijnt omdat de benzine vooral gratis voor hun eigen mensen werd gebruikt en er daardoor niets overbleef voor de verkoop. Al rijdend komen we uiteindelijk op de eigenlijke Nullarbor terecht. Het gebied strekt zich zo plat als een pannenkoek in alle windrichtingen uit. We zien alleen maar grassen op een verder kale vlakte. Het is inmiddels gestopt met regenen, maar het is nog wel bewolkt. Deze leegte is erg indrukwekkend. We willen de ‘Head of Bight’ bezoeken omdat je vanaf dat punt walvissen zou kunnen spotten. Helaas is dit punt met een hek afgesloten buiten het walvissenseizoen, dat valt in de periode juni t/m september.
We zetten onze tent op bij het Nullarbor Roadhouse. Hier kunnen we voor $ 12 staan, wat eigenlijk wel wat veel is voor wat we krijgen. We hadden gewoon ergens in de leegte onze tent moeten opzetten. Dat zou ook veel toffer zijn geweest. Er kan hier ook worden getankt, maar dat zou dan $ 1,56 per liter hebben gekost. Het Roadhouse is de enige bebouwing in de wijde omgeving. Hier kan worden overnacht, gegeten en getankt. In noordelijke richting strekt de woestijn zich voor duizenden kilometer uit. Als we naar het zuiden zouden rijden, zouden we al snel uitkomen bij de oceaan, waarna het eerste land zou worden gevormd door Antarctica. Voor het eerstvolgende Roadhouse in oostelijke richting zouden we 93 kilometer terug moeten rijden. In westelijke richting is het nog 182 kilometer naar het eerstvolgende roadhouse, wat dan tevens de grens is met Western-Australia. We staan pas aan het begin van de Nullarbor, maar de leegte is hier nu al indrukwekkend. We lopen een stuk de kalkstenen vlakte op, waar we het effect zien van de recente regen. Op de vlakte zijn veel verse groene sprietjes te zien en alle planten hebben verdere groene uitlopers. Deze platheid kan wedijveren met die van Nederland. De Nullarbor Plain wordt gevormd door het grootste stuk kalksteen ter wereld, dat is gevormd toen het nog deel uitmaakte van de bodem van een reeds lang geleden verdwenen zee.